Eens in de vierentwintig uur te reciteren, in de middag
Ik getuig, o mijn God, dat Gij mij hebt geschapen om U te kennen en te aanbidden. Ik betuig op dit ogenblik mijn machteloosheid en Uw macht, mijn armoede en Uw rijkdom.
Er is geen ander God dan Gij, de Helper in nood, de Bij-zich-bestaande.