Nebar Yuk, O Iroij ao… • Jitlok • Buk in Jar an Bahá’í

In De Kitáb-i-Aqdas staat: “Wij hebben u opgedragen vanaf het begin der volwassenheid (15 jaar) te bidden en te vasten; dit is verordend door God, uw Heer en de Heer uwer voorvaderen...…

87 words

Dit is, o mijn God, de eerste van die dagen waarop Gij Uw geliefden hebt geboden de Vasten in acht te nemen. Ik vraag U, bij Uzelf en bij hem die vast uit liefde voor U en omwille van Uw…

Bahá’u’lláh • 222 words

In Naam van Hem die is beloofd in de Boeken van God, de Alwetende, de Welingelichte! De vastendagen zijn gekomen, de dagen waarop die dienaren die rondom Uw troon cirkelen en Uw…

Bahá’u’lláh • 144 words

Ik smeek U, o mijn God, bij Uw machtige Teken en bij de openbaring van Uw genade onder de mensen, mij niet weg te houden van de poort van de stad van Uw tegenwoordigheid en mij niet teleur…

Bahá’u’lláh • 1486 words

Ere zij U, o Heer mijn God! Ik smeek U bij deze Openbaring waardoor duisternis in licht is veranderd, waardoor de veelbezochte Tempel is gebouwd, de geschreven Tafel is geopenbaard en de…

Bahá’u’lláh • 230 words

Dit zijn, o mijn God, de dagen waarop Gij Uw dienaren hebt geboden te vasten. Daarmee hebt Gij de inleiding gesierd van Uw Wetboek dat aan Uw schepselen is geopenbaard, en de schatkamers…

Bahá’u’lláh • 912 words

Glorie zij U, o Heer mijn God! Dit zijn de dagen waarop Gij alle mensen hebt geboden te vasten, dat zij daardoor hun ziel kunnen zuiveren en zich van alle gehechtheid aan iemand buiten U…

Bahá’u’lláh • 1844 words

Lof zij U, o Heer mijn God! Wij hebben ons aan de Vasten gehouden overeenkomstig Uw gebod en beëindigen die nu door Uw liefde en Uw welbehagen. Wilt Gij dan, o mijn God, de daden aanvaarden…

Bahá’u’lláh • 103 words

Geprezen zijt Gij, o God mijn God! Dit zijn de dagen waarop Gij Uw uitverkorenen, Uw geliefden en Uw dienaren hebt opgedragen de Vasten, die Gij tot een licht voor het volk van Uw…

Bahá’u’lláh • 144 words

Gij ziet, o God van Barmhartigheid, Gij Wiens kracht al het geschapene doordringt, deze dienaren van U, Uw slaven, die overeenkomstig het welbehagen van Uw wil overdag de door U…

Bahá’u’lláh • 580 words

Bahá’í-gebeden

Vasten

Currently reading prayer in Marshallese. Return to Nederlands.

Nebar Yuk, O Iroij ao Anij! Ij oware Yuk kin Katak in emoj an ukot marok nan meram, im ear komman bwe Imon Jar eo Emakijkij kabun ie en ekkal, im Tablet eo emoj je en walok, im Lemlem eo emoj elloke en alikar, non jilkinlaltak ioo im ion ro motta men eo enaj kemaron kim bwe kemin maron weakwoj nan lan in aibuijuij eo Am ellalok jen aibuijuij otemjej, im naj kareoik kim jen mour in bere einwot an bobraik ro dri bere jen air drelon woj non loan imon Kebbed in juon wot eo Am.

Na eo, O ao Iroij, emoj an jirok bin ilo toin yokwe in joij eo Am, im drebij torerein nuknuk in tiriamo im joij ko Am. Kelet nan io im ro jitenburuo emman eo an lalin im lal eo ej itok. Innem lelok nan ir Menin Lelok eo Etino im Kwar kelet nan ro remmon tata ilubiljin menin komanman ko Am.

Errein, O ao Iroij, ran ko im Kwar jiron ro Karejeram bwe ren kommane ien jitlok eo. En jeramon eo ej kejbarok jitlok in ilo Etam im ellok jen aolep men otemjej ak Kwe wot. Jiban io im jiban ir, O ao Iroij, bwe kemin bokake Yuk im kejbarok kein ko Am. Mol, Kwokajur nan kommane ta eo Kwokonan.

Ebar ejelok Anij Ijelokim, Dri Jela men otemjej, Dri Jelalokjen im Dri Meletlet. Nebar Anij, Iroij in aolep lal.

Bahá’u’lláh